van der most 1

Redder van hopeloze objecten

Voor de eigenzinnige Hennie van der Most is geen project te gek: een kerncentrale tovert hij zo om in een pretpark

Hennie van der Most uit Slagharen kon na drie jaar lts aan de slag als pompbediende. Al snel handelde de boerenzoon in zijn vrije tijd in wat oud ijzer. Zijn handel floreerde en hij richtte in 1975 IJzerhandel Van der Most op. “Zo begint een ondernemer vaak, met niks…” Het ijzer bleek de start voor een succesvolle carrière; Van der Most biedt op dit moment werkgelegenheid aan tweeduizend mensen. Dat is te danken aan zijn inventieve en tegelijk ook onorthodoxe manier van zakendoen.

De kiem daarvoor werd half jaren zeventig gelegd. Van zijn eerste verdiende guldens wilde de Slagharenaar voor privégebruik een zwembad met bar en sauna in zijn achtertuin bouwen. Toen die faciliteiten er eenmaal waren, was de belangstelling over, verklapt Van der Most. “Het bezit van de zaak, is het einde van het vermaak. Gelukkig hadden de buren nog wel interesse in mijn zwembad, en vooral in de bar natuurlijk. En hun buren ook. En hun familie. Binnen enkele weken zat heel Slagharen en omstreken bij mij in de tuin. Ik begon entree te heffen: twee gulden. Het liep als een tierelier. Maar ja, de gemeente protesteerde en mijn zwembad moest dicht.”

Eind jaren zeventig zat de economie in een diep dal. In Overijssel moesten verschillende textielfabrieken sluiten. Lopend door de lege hal waar een half jaar eerder nog de Nederlandse Bontweverij in gevestigd was, bedacht Van der Most dat hij zijn lucratieve zwembadactiviteiten ook wel daar voort kon zetten. “De burgemeester verklaarde mij voor gek. En een rapport toonde aan dat ik één miljoen verlies zou draaien. ‘Maar ik vraag twaalf gulden entree’, verweerde ik mezelf. Iedereen schudde meewarig het hoofd. Meer dan een paar gulden wilden gasten niet betalen voor een rondje zwemmen, werd gezegd. Voor een onderhands sommetje van vierduizend gulden heb ik het rapport positief laten maken. Hoewel ik heel zuinig was bij de verbouwing van de hal – om de neonletters van de Nederlandse Bontweverij te kunnen hergebruiken noemde ik mijn zaak De Bonte Wever – kostte het hele zaakje toch nog 45 miljoen gulden. Ik had ook zoveel fantasie…” Maar De Bonte Wever in Slagharen werd een hit: het complex groeide uit tot een hotel met tweehonderd hotelkamers, een bioscoop, een bowling en een Chinees zwemparadijs. Het paradepaardje van Van der Most trok jaarlijks zeshonderdduizend bezoekers. Het pand brandde tot zijn grote verdriet in 2001 tot de grond toe af.

Kerncentrale

Hennie van der Most pakte meer hopeloze projecten aan. Een lege aardappelmeelfabriek in het Drentse plaatsje Oranje werd een overdekte speelstad, een verlaten ziekenhuis in Almelo is omgebouwd tot het all-in hotel Preston Palace, de uit 1932 stammende watertoren aan de A28 bij Nieuwleusen is tegenwoordig een luxueus hotel met een draaiend restaurant in de top en een elektriciteitscentrale in het Duitse Meppen werd een Funpark, met een kartbaan, jetski’s, klimwand en overdekt pretpark.

Het sterkste staaltje metamorfose-ondernemerschap leverde Van der Most bij de voormalige kerncentrale in het Duitse Kalkar, net over de grens bij Nijmegen. “Die had jij ook kunnen kopen hoor”, lacht hij. “Hij stond gewoon te koop in de krant, onder ‘Vraag & aanbod’. Toen ik de advertentie zag, heb ik de brochure aangevraagd, maar die ook onmiddellijk weer in de kast gegooid. Het ging om ruim vijftig hectare grond, maar die hadden ze allemaal in losse kavels verdeeld. Daar kon ik niks mee. Toen ik er later eens met mijn helikopter over heen vloog, zag ik wat een potentie dat complex had. En toen een Duitse boer me zei: ‘Het wordt heel billig verkauft’, vond ik dat ik toch maar eens moest gaan praten. Ik werd als zesde aan een lijst overnamekandidaten toegevoegd. Bij een presentatie voor de gemeenteraad van Kalkar hadden de andere ondernemers prachtige sheets. Ik had niks; ik lulde maar wat. Dat ik in drie jaar tijd 25 miljoen Duitse Mark zou investeren en dat er 75 arbeidsplaatsen zouden komen. En dat ik het Kernwasser Wunderland zou noemen. Er klonk applaus. Ik corrigeerde mezelf: het zou Wunderland Kalkar gaan heten. Nog meer applaus. Maanden later las ik in de krant ‘Hollander kan kerncentrale kopen’. Ik dacht ogenblikkelijk: mijn god, dat ben ik toch niet, hoop ik.”

Iedereen verklaarde Van der Most voor gek. “Ik wilde eigenlijk terugkrabbelen. Na veel ach en wee kon ik het hele complex mét inboedel – er zat twee miljoen kilo staal in – kopen voor vijf miljoen Mark. Ik heb er een compleet pretpark van gemaakt, met achtbanen en carrousels. Deze zomer komt er een vijftig meter hoge zweefmolen ín de koeltoren te staan. Er is een hotel bij met 450 kamers. Jaarlijks trekt Wunderland zevenhonderdduizend bezoekers. Die komen er strálend weer uit.”

van der most 2

Exploitatie

We vragen Van der Most of hij wellicht nog interesse heeft in een fraai landgoed, met hallen waar hij zijn fantasie op kan loslaten en als kers op de slagroomtaart ook nog een roze kasteel. De ondernemer lacht. Hij kent de geschiedenis van het Land van Ooit en is op de hoogte van het dramatische slotakkoord van het themapark. Hij zegt dat hij nog nooit zelf op een project is afgegaan en dat ook in Drunen niet zal doen. Altijd werden complexen hem ter ontwikkeling en exploitatie aangeboden. “Maar als de gemeente Heusden met Ooit in zijn maag zit, mag ze bij mij aankloppen.” Van der Most valt even stil, hij lijkt te twijfelen. “Maar alles is daar nu weg hè? Maar ach, dat is misschien maar beter ook. Ik begin graag opnieuw.”

Als Van der Most in het voormalige Land van Ooit aan de slag zou mogen gaan, zal hij er in ieder geval zijn all-in succesformule presenteren. Het Ooit-management voerde deze aanpak zelf het afgelopen jaar ook al in, maar het idee kreeg geen kans meer zichzelf te bewijzen. Hennie van der Most zweert erbij: wie de entreeprijs heeft betaald kan eten en drinken zoveel hij wil. In zijn hotels staan overvloedige buffetten, in de pretparken blijft de maaltijd beperkt tot gratis friet, fris en ijs. Deze formule is één van de pijlers van het succes van zijn vrijetijdsimperium, zegt de zakenman. Een ander steunpilaar is de ongebreidelde fantasie en creativiteit die Van der Most loslaat op de hopeloze objecten die hij krijgt aangeboden. Zoals bij de markante watertoren in Nieuwleusen, die de ondernemer kon kopen voor slechts de sloopkosten. Van der Most kwam met allerlei fantasievolle plannen voor het hoge, maar verder zeer bescheiden gebouw.

“Het bestond uit niet meer dan negen betonnen palen met muren ertussen. Er zat verder niks in, niks. Een piep naar boven en een piep naar beneden, dat was het. Ik bedacht dat ik er een mooie promotietoren voor het noorden van het land van kon maken. Maar de financiering mislukte omdat al die directeurtjes van de kleine VVV-kantoortjes gingen dwarsliggen. Toen kwam ik op het plan voor een politiemuseum. Nee, zeiden de gemeente Zwolle en de provincie Overijssel, een museum hoort in de stad, niet langs de snelweg. Vijftien jaar heb ik gevochten om het pand een bestemming te kunnen geven. Nu heet het De Koperen Hoogte en is het een succesvol hotel- en shoppingcomplex.

Afvalverbrandingsoven

“Dagelijks op pad en bezig zijn met mijn achttien bedrijven is mijn lust en mijn leven”, besluit Van der Most. Hij zit nog boordevol plannen en ideeën. Een verlaten kazerne in het Duitse Itterbeck werd een Freizeitpark, waar vakantiegangers overdekt kunnen kamperen in de oude legerloodsen. En in Oranje bouwde hij bij zijn Speelstad een Pipodorp. De 256 containers die hij bij de NS op de kop tikte worden allemaal omgebouwd tot kleurrijke Pipowoningen. “Ik mocht er vakantiehuisjes zetten, maar ik zag al die bungalowparken in Nederland verrijzen en dacht: dat wordt niks. Vandaar de Pipowagens; je moet creatief zijn.”

In september 2012 kondigde hij aan dat hij een voormalige afvalverbrandingsoven in Rotterdam-Zuid gaat omtoveren tot een pretpark. Het meest trots is hij nog op zijn Funpark in Meppen bij Emmen. “Ik ben in Duitsland terecht gekomen omdat geen enkele gemeente in Nederland mijn Funpark wilde. Allemaal bang voor lawaaioverlast. En als er wat witte meeuwen vliegen is het, hup, een beschermd natuurgebied. In Meppen werd voor mij 28 hectare bos gekapt. Alle diertjes werden keurig overgepoot. Het wordt het meest spectaculaire pretpark van Europa, waar liefhebbers van snelheid en races hun hart kunnen ophalen. Er komt een circuit met heuse Ferrari’s en een dragsterbaan. Je kunt er jetskiën, motorcrossen, duiken, raften op een wildwaterrivier van achthonderd meter en luieren aan het strand. En er komt een indoor pretpark. Hier kan ik al mijn fantasie in kwijt!” •

Naar de parkplanner van Wunderland Kalkar

2008/2012 © Tekst: Adri van Esch – Foto’s: Hein Kunzler

Meest bezochte parkprofielen