

Roland Kleve, directeur van Bobbejaanland, wil de focus leggen op alles wat in het verleden is weggezakt of weggevallen. Ambiance, beleving, interactie en service zijn voor hem de operationele steekwoorden. Om zijn woorden en voornemens kracht bij te zetten, herstelde hij onmiddellijk de banden met Josée Schoepen, de inmiddels overleden weduwe van grondlegger Bobbejaan.
voordat we het kantoorgebouw binnenlopen schiet hij nog even naar een Caribisch orkestje dat op het punt de gasten in een nog zonnigere stemming te brengen. “Maak er een mooie show van mensen!”, pept hij het groepje op en hij steekt een duim omhoog. Dit is precies wat de onlangs aangetreden directeur wil: oog hebben voor mensen en ze in het hart raken.
– – –
complexe materie. Dat kan met verschillende elementen op straten en pleinen, met interactie en ambiance. In Kinderland bijvoorbeeld moet kindermuziek klinken en in de cowboystad westernmuziek. En het liefst heb ik ook nog dat er cowboys en -girls rondlopen en een hillbilly-orkestje. Live muziek, een clown op stelten, rondtrekkende jongleurs, ze voegen iets toe, maken het park levendig. Dat zou ik elke dag wel willen.”Een belangrijke rol om gasten in het hart te raken is weggelegd voor het personeel van Bobbejaanland, vindt Kleve. “Zij maken het verschil. Niet ik; ik sta niet bij El Rio of Dreamcatcher. Zij moeten door de knieën gaan als ze kinderen aanspreken, servetjes meegeven bij een frietje, mensen vriendelijk de uitgang van een attractie wijzen. Het personeel moet het doen, niemand anders. De bewustwording daarvan geldt niet alleen voor Bobbejaanland, maar voor elk bedrijf, ook voor een bank of een begrafenisondernemer. Gelukkig heeft ons personeel al het imago uiterst vriendelijk te zijn. Zeker in de ogen van Nederlanders: die worden hier standaard met ‘u’ aangesproken en ze ervaren dat als hoffelijk en beleefd. We gaan dat aspect nog verder versterken.”
Sinds begin mei voert Roland Kleve (47) de algemene dagelijkse leiding van Bobbejaanland en onderhoudt hij de contacten met de Spaanse groep Parques Reunidos, sinds 2004 eigenaar van het park. Kleve wil verder bouwen op de erfenis die in de afgelopen vijftig jaar met zorg werd opgebouwd door onder meer naamgever wijlen Bobbejaan Schoepen en zijn vrouw Josée. Om de banden met
de familie Schoepen – die in de voorbije jaren waren verwaterd – te herstellen, stond Roland vrijwel onmiddellijk na zijn aantreden bij de weduwe van Bobbejaan op de stoep. In letterlijke zin geen grote stap – Josée Schoepen woont nog steeds op het parkterrein –, in figuurlijke zin wel omdat de relatie met de grondleggers onder het directeurschap van Kleve’s voorganger danig was vertroebeld.
Hoewel Bobbejaanland zich heel nadrukkelijk ook richt op de Zuid-Nederlandse markt, is en blijft het een Vlaams park. Past daar een Nederlander als directeur? Roland lacht. “Ik kom oorspronkelijk uit Waalre. Ik heb mijn jeugd doorgebracht in de Kempen, en die streek is grensoverschrijdend. Als ze me vragen: ‘Bent u een Hollander?’, dan zeg ik: ‘Ik ben een Brabander’. Voor Vlamingen is dat echt een verschil.”
“Bij Disney was ik in verschillende directiefuncties steeds verantwoordelijk voor een deel van het geheel”, vertelt Kleve. “Deze uitdaging is voor mij extra boeiend omdat ik nu verantwoordelijk ben voor een compleet park in al zijn facetten. Ik wil dingen veranderen, verbeteren en verfijnen.” Met Roland Kleve is de menselijke maat terug in Bobbejaanland. Bezoekers zullen dat gaan merken; als het aan de nieuwe directeur ligt komt er meer sfeer, een vriendelijkere uitstraling, hernieuwde aandacht voor de wortels van de onderneming en een nog betere service. Bobbejaanland wordt nóg meer ’t Plezantste Land van België. – – –

Foto’s: Parkplanet, Bobbejaanland