Ezeltje-Strek-Je poept en poept

Ezeltje-Strek-Je poept gouden munten in het Sprookjesbos. En mag dat blijven doen, want de Efteling investeert als nooit tevoren in het omvangrijke verhalenbos.

In 1951 opent de Efteling voor het eerst onder die naam de poorten, maar nog zonder sprookjes. Pas vanaf 1952 zijn er sprookjestaferelen in het park in Kaatsheuvel te bewonderen. Twee jaar eerder – in 1950 – wordt de Stichting Natuurpark De Efteling opgericht, met als doel het bestaande sportpark uit te laten groeien tot een locatie voor ontspanning en toerisme. Op 11 mei 1951 opent het vernieuwde sportpark onder de naam De Efteling. Het sportpark is dan uitgebreid met een vijver, een theehuis, nieuwe speeltoestellen en een parkeerterrein. In 1951 trekt het park zo’n 50.000 bezoekers. Een jaar later is dat aantal opgelopen tot 222.941. Die enorme groei kan worden toegeschreven aan het Sprookjesbos, dat op 31 mei 1952 voor het eerst bezoekers ontving.

Goud in handen

De investeringen in het Sprookjesbos blijken zichzelf dubbel en dwars uit te betalen en dat zal in de decennia daarna altijd zo blijven. In het eerste openingsjaar telt het Sprookjesbos tien uitbeeldingen: Doornroosje, Sneeuwwitje en de Zeven Dwergen, de Kikkerkoning, de Magische Klok, de Chinese Nachtegaal, de Sprekende Papegaai, Langnek, drie Kabouterhuisjes, Vrouw Holle en Kleine Boodschap die de weg wijst naar de toiletten. Een jaar later worden de dansende Rode Schoentjes toegevoegd en verdubbelt het bezoekersaantal bijna, tot 411.671. De Efteling beseft: met het Sprookjesbos heeft het goud in handen!

Hans en Grietje in de Efteling - Foto: © Susan Magnus

Grootste investering

In de tijd daaropvolgend wordt er om de paar jaar geld in het Sprookjesbos gepompt. In 1955 verschijnt tussen de bomen het pannenkoekenhuisje waarmee de heks Hans en Grietje in de val lokt en in 1958 opent de niet op een bestaand sprookje gebaseerde Vliegende Fakir. In 1960 wordt het beeld dat tot dat moment het sprookje Roodkapje verbeeldde vervangen door het huisje van grootmoeder en in 1966 volgt de grootste investering in één attractie tot dan toe: het door de Belgische koningin Fabiola geschreven sprookje De Indische waterlelies. In 1972 en 1974 wordt het Kabouterdorp uitgebreid met respectievelijk het grote Kabouterhuis en de holle boom met de muziekkabouter.

Angstaanjagend beest

In 1979 neemt ontwerper Ton van de Ven het stokje over van de legendarische Anton Pieck. Van de Ven tekent Draak Lichtgeraakt, die de plek inneemt van de Chinese Nachtegaal. Pieck is niet onverdeeld gelukkig met de komst van de grommende draak naar het Sprookjesbos. De geestelijk vader van de Efteling vindt dat het Sprookjesbos lieflijk en romantisch moet zijn; kinderen moeten in zijn ogen niet halverwege de wandeling geconfronteerd worden met een angstaanjagende groen beest. Het ontwerp van Draak Lichtgeraakt kan wel de goedkeuring van Pieck wegdragen.

Het kasteel van Doornroosje in de Efteling - Foto: © Adri van Esch

Financieel verweesd

Na de investering in Draak Lichtgeraakt valt de geldstroom richting Sprookjesbos plotseling stil. De Efteling concentreert zich op nieuwe, grote projecten buiten het beroemde verhalenbos, zoals de Python, Piraña en Carnaval Festival. Daar gaan flinke sommen geld naar toe en het Sprookjesbos blijft jarenlang financieel verweesd achter. In 1981 wordt wel het onderkomen van Doornroosje volledig opnieuw opgebouwd – noodzakelijk omdat het uit 1952 stammende kasteel in slechte staat is – en in 1988 krijgt de Trollenkoning een plekje in het bos. Maar dat zijn ook de enige twee opvallende nieuwigheden in bijna twee decennia in het zo roemrijke Sprookjesbos.

Portemonnee gaat weer open

Eind vorige eeuw ziet de Efteling weer het licht: men realiseert dat met name het Sprookjesbos het park onderscheidt van alle andere pretparken. Het attractiepark in Kaatsheuvel trekt de portemonnee en Ezeltje-Strek-Je mag weer poepen. Het ene na andere nieuwe sprookje verschijnt en oude sprookjes worden weer als nieuw opgepoetst. In 1998 komt er een nieuwe wandellus op de plek waar tot dan een siertuin lag. Aan de lus openen de sprookjes Klein Duimpje en Repelsteeltje. Een jaar later al verschijnen aan de westzijde van he Herautenplein herberg De Ersteling – met de taferelen Tafeltje Dek Je en Knuppeltje uit de Zak – en het kasteel van de stiefmoeder uit het sprookje Sneeuwwitje.

Roodkapje bij haar grootmoeders huisje in de Efteling

Iconische sprookjes

Raponsje (2001), het Meisje met de Zwavelstokjes (2004) en Assepoester (2009) komen in de jaren daarna in het Sprookjesbos wonen. Vanaf 2011 vertelt de van televisie bekende Sprookjesboom verhalen en kinderen luisteren ademloos toe. Vanaf 2012 wordt een vorst naakt langs zijn paleis gedragen in De Nieuwe Kleren van de Keizer en 2016 brengt de driedelige uitbeelding van Pinokkio. Naast in deze stroom aan nieuwe sprookjes wordt ook veel geld geïnvesteerd in complete renovatie van de iconische sprookjes van het eerste uur. In 2017 wordt het huisje van Roodkapjes grootmoeder helemaal opnieuw opgebouwd, nadat een jaar eerder bleek dat alleen renoveren onbegonnen werk was. In datzelfde jaar krijgt de Vliegende Fakir een allesomvattende opknapbeurt. Vooral ónder het tulpenbed werden diverse vernieuwingen doorgevoerd.

Fakir kan weer jarenlang vliegen

Sneeuwwitje in de Efteling

Miljoenen euro’s

Tot op de dag van vandaag investeert de Efteling jaarlijks honderdduizenden tot miljoenen euro’s in het Sprookjesbos. In 2018 werd de grot van Sneeuwwitje gerenoveerd, zonder geweld te doen aan de authentieke sfeer. “We handhaven de oorspronkelijke stijl, maar gebruiken de materialen en technieken van nu”, vertelt ontwerpcoördinator Stefan Versleeuwen. De Efteling gaat bij het opknappen van een sprookje niet over één nacht ijs. “Vooraf wordt de binnenkant van de grot zorgvuldig in kaart gebracht met scanapparatuur en 360-graden foto’s, zodat de vormgevers zo dicht mogelijk bij de originele staat kunnen blijven”, vertelt junior engineer Stefany van den Dries.

De Zes Zwanen

De meest recente zak geld die richting Sprookjesbos wordt gedragen gaat naar De Zes Zwanen, een sprookje van de gebroeders Grimm dat in het najaar 2019 opende. Het tafereel werd gebouwd tussen de grot van Sneeuwwitje en het huis van Assepoester. In een slot kunnen bezoekers een scène uit het nog relatief onbekende sprookje bekijken. Kinderen kunnen in één van de zes sierlijke zwanen plaatsnemen en een rondje door de slotgracht varen. De Zes Zwanen is het dertigste sprookje in het Sprookjesbos.

De Trollenkoning in de Efteling - Foto: © Adri van Esch

Voer voor speculatie

Wat er in de toekomst gaat gebeuren met het Sprookjesbos is voer voor speculatie. Het park en het Sprookjesbos zullen worden uitgebreid in westelijke richting en een deel van het huidige parkeerterrein gaan beslaan, dat is al bekendgemaakt. Welke sprookjes er in dat uitbreidingsgebied komen te staan is gissen. Net zoals of de Efteling van het Sprookjesbos een ‘stand alone’-attractie gaat maken waarvoor je ook apart een kaartje kunt kopen, naast het all-in-ticket dat toegang geeft tot het hele pretpark. Met de mogelijkheid om ook uitsluitend een entreeticket voor het Sprookjesbos aan te schaffen krijgt de Efteling er een attractie voor een halve dag bij, interessant voor gezinnen met heel kleine kinderen voor wie een Python of Fata Morgana nog te veel van het goede is. Of het Sprookjesbos een aparte kassa en entree krijgt is dus afwachten, zeker is wel dat het Brabantse attractiepark zal blijven investeren in het bos waarmee alles ooit begon. Ezeltje-Strek-Je mag gouden munten blijven poepen.

1 april of niet? Sprookjesbos krijgt nieuwe hoofdingang

2018-2020 © Tekst: Adri van Esch – Foto’s: Adri van Esch, Susan Magnus, Efteling

Meest bezochte parkprofielen