In zeventig jaar tijd groeide de Efteling uit van een mooi groen, maar eerder bescheiden sport- en wandelpark met speeltuin en theehuis tot een attractiepark van wereldfaam. Vanaf de opening in 1951 breidde het park in Kaatsheuvel steeds uit met nieuwe attracties; dat begon al een jaar later met de opening van het Sprookjesbos. Het park verraste bezoekers steeds weer met nieuwe belevenissen, maar er werd ook afscheid genomen van attracties. Geliefde Efteling-iconen verdwenen, meestal niet omdat het publiek ze beu was, maar omdat ze oud waren, versleten of in slechte staat, omdat de onderhoudskosten te hoog werden of simpelweg omdat men de ruimte nodig had voor iets nieuws. Deze Efteling-attracties verdwenen, maar vergeten zijn ze niet.
De grote speeltuin
Eén van de belangrijkste trekpleisters van de Efteling in de beginjaren was de grote speeltuin. Kroostrijke Brabantse gezinnen en bussen vol schoolkinderen reisden naar Kaatsheuvel met als motto ‘en we wippen en we draaien en we schommelen zo fijn, tot we misselijk van het draaien en de limonade zijn’. Een goed geoutilleerde speeltuin was in de jaren vijftig en zestig net zo’n feest als een pretpark vol achtbanen en wildwaterbanen nu. De speeltuin van de Efteling was niet alleen lommerrijk gelegen – tussen de bomen op een grote lap zandgrond in het noordelijkste gedeelte van het park, tegen de dorpsrand aan – maar beschikte ook nog eens over attracties die je normaal alleen op kermissen tegenkwam, zoals zweef- en draaimolens. De gasten wisten dat op waarde te schatten: met ruim 50.000 bezoekers in 1951 was het nieuwe park met speeltuin en theehuis een groot succes. De kinderen vermaakten zich met de handmatig aangedreven draaimolens, schommels, glijbanen – halverwege de jaren zeventig had de Efteling een tijd lang zelfs de hoogste van Nederland – en op de familiewippen, ouders hielden hun kroost vanaf het terras van het theehuis in de gaten.
Draaimolens
Bijna veertig jaar behoorde de speeltuin tot de publiekslievelingen in het park. Toch besloot de Efteling het speelgebied te ontmantelen. Men wilde de ruimte gebruiken voor een Funny Village, destijds de werknaam voor het Lavenlaar, het dorpje waarin de Laven wonen. Drie van de vijf attracties in de speeltuin kregen een nieuw plekje op het naastgelegen Anton Pieckplein: de Fietsmolen met zitjes en zadels gemonteerd op grote fietswielen, de Vlindermolen en de Jeepmolen, met elf open jeepjes in een carrousel. De twee attracties waarin levende pony’s een rol speelden waren al eerder gesloten. In de Ponymolen liepen de kleine paardjes voor karretjes die mechanisch werden rondgedraaid. De Ponymanege gaf kinderen de mogelijkheid een rondje te rijden op de rug van een pony. Onder begeleiding van een medewerker legden ze een afgesloten parcours af in de vorm van een acht.
KinderVreugd
De Fietsmolen en de Jeepmolen hebben inmiddels ook het veld moeten ruimen. Bij de bouw van het Lavenlaar werd het gebouw van de Jeepmolen omgetoverd tot souvenirshop Loetiek. Tegenwoordig bevindt zich verkleedwinkel Spiegeltje, spiegeltje in het ronde pand. Al eerder – in 1984 – galoppeerde Ezeltje Strek Je vanuit het hart van de speeltuin naar een nieuwe sokkel op het Herautenplein in het Sprookjesbos. Veel van de speelwerktuigen uit de grote speeltuin kregen in 2007 een plaatsje in de compacte speeltuin KinderVreugd, gelegen tussen het Volk van Laaf en Villa Volta. Dit speelgebied voor kinderen tot acht jaar is ingericht in de stijl van Anton Pieck. Het enige gebouw uit de oude speeltuin dat nog bewaard is gebleven is de oude EHBO-post. Het karakteristieke pandje vlakbij het station van monorail Slakkenspoor kreeg enkele Laafse ornamenten om niet uit de toon te vallen. Ook enkele wippen en glijbanen in het Lavenlaar herinneren nog aan de tijd dat de speeltuin één van de belangrijkste attracties van de Efteling was.
Sporten in de Efteling
In de jaren vijftig won de Efteling snel aan bekendheid in Nederland en België. Het park had echter niet alleen een toeristische functie voor bezoekers van verder weg, maar ook een recreatieve functie voor de inwoners van de gemeente Loon op Zand, waartoe Kaatsheuvel behoort. Het oorspronkelijke doel van Stichting Natuurpark de Efteling was niet alleen ‘bevordering van het tourisme naar en binnen de gemeente’, maar ook ‘de lichamelijke ontwikkeling en ontspanning van de inwoners der gemeente’. Op het terrein van de Efteling bevonden zich tot 1977 diverse speelvelden van voetbalclub Door Eendracht Sterk Kaatsheuvel (DESK), op de plek waar nu Droomvlucht staat en het parkeerterrein gevestigd is. Het park had tot 1984 ook vier tennisbanen op de plaats waar nu het gebouw van Fabula staat.
Zwemmen en badderen
Geheel in lijn met de drijfveren van de oprichters van de Efteling – de lichamelijk ontwikkeling van de inwoners – opende in 1953 een groot openluchtzwembad in de zuidoosthoek van het park. Het voor die tijd hypermoderne zwembad omvatte een ondiep en een diep gedeelte, twee duikplanken en een grote zonneweide. Zwemlustigen hoefden geen kaartje voor de Efteling te kopen, ze konden via een eigen entree naar het zwembad. Hoewel het bad in de Efteling lag, konden parkbezoekers niet gratis naar binnen. Dat kwam omdat het tevens het gemeentelijk zwembad voor Kaatsheuvel was, waar ook de jeugd zwemles kreeg. De ingang van het openluchtbad bevond zich op parkeerterrein Oost, de plek waar nu de Python staat. Op de exacte locatie van de afgezonderde entree staat nu de Game Gallery. Via een afgeschermde wandelpad kwamen de badgasten bij het zwembad uit.
Het door de Nederlandsche Heidemaatschappij aangelegde zwemcomplex sloot in 1988. Door tanende populariteit en hoge personeelskosten was de exploitatie van het bad te duur geworden. Tot 2002 deed de locatie nog dienst als showtheater: over het lege bassin werd een tent geplaatst en op de betonnen vloer stonden verplaatsbare tribunes en een podium.
Witte olifant
Het enige gebouwtje dat nog over is van het openluchtzwembad is het Dokter Van Tuijnpaviljoen, de oude EHBO-post die vernoemd is naar een betrokken huisarts uit Kaatsheuvel. Op het grondstuk van het voormalige zwembad staat nu De Vliegende Hollander. Een ander overblijfsel van de mogelijkheid om in de Efteling te zwemmen en te badderen staat bij Villa Pardoes, het vakantieverblijf naast het pretpark voor kinderen met een ernstige ziekte. Bij de Villa staat de stenen witte olifant die van 1952 tot 2002 kinderen nat spoot in het Kinderspeelbad van de Efteling. Het pierenbadje lag naast de speeltuin en was mede dankzij de knielende stenen olifant vooral in de zomer heel populair. Het Kinderbad moest wijken voor de bouw van het vernieuwde en vergrote Anton Pieckplein.
Van tien naar dertig
Het Sprookjesbos van de Efteling groeide in zeven decennia uit van tien uitbeelding in 1952 naar dertig nu. Het beroemde bos groeide als kool en er verdwenen maar weinig sprookjes. Sprookjestaferelen uit de beginjaren die werden vervangen kregen soms een nieuw plekje. Kogeloog bijvoorbeeld verhuisde van een vijver naar de gevel van zijn eigen horecapunt en het houten beeld van Roodkapje werd een opvallende wegwijzer toen de oma van het meisje in 1960 een eigen huisje kreeg. In 1975 verdwijnen de stenen kabouters bij Sneeuwwitje; hun plaats werd ingenomen door bewegende dwergen.
Chinese Nachtegaal
Slechts twee sprookjes leggen in al die jaren echt het loodje, waarvan er één jaren later ook nog eens glorieus terugkeert. Bij de opening van het Sprookjesbos op 31 mei 1952 zat de Chinese Nachtegaal uit het gelijknamige sprookje van Hans Christian Andersen op een tak tegen een muurtje midden in het bos. Begon het diertje zijn magische fluitconcert, dan openden tien grote bloemen die aan de voet van het muurtje tussen de rotsen lagen. In 1979 vloog de nachtegaal weg van die plek, om plaats te maken voor Draak Lichtgeraakt.
Twintig jaar later kwam het vogeltje triomfantelijk terug in een nieuwe setting. Tegenwoordig huist de nachtegaal in het authentiek Chinese paleis van de keizer en vormt het sprookje de afsluiting van het Sprookjesbos. Een tweede sprookje dat verdween was de Dansende Dolfijn, die golvend rondjes zwom om een rots en daarbij waterfiguren spoot. Het sprookje was geen lang leven beschoren: het opende 1964 en al in 1970 nam de Kleine Zeemeermin de rots van de dolfijn over.
Pegasus
Ook Pegasus was geen lang leven gegund: de houten achtbaan die in 1991 opende naast de Python, aan de rand van de roeivijver in het zuidelijkste deel van het park, moet in 2009 alweer sluiten. De baan, gemaakt van Yellow Pine-hout afkomstig uit Canada, blijkt al na negentien jaar te kampen te hebben met houtrot. Mede daardoor rijzen de onderhoudskosten de pan uit. De Efteling besluit de 492 meter lange baan die grotendeels boven het water gebouwd is af te breken ‘omdat de attractie niet meer voldoet aan onze kwaliteitseisen’. Bij de opening is Pegasus de tweede houten achtbaan van Europa, na de veel grotere Anaconda in Le Big Bang Schtroumpf in het Franse Metz, nu Walygator. Pegasus krijgt wel een waardige vervanger: de dubbele houten racerachtbaan Joris en de Draak.
PandaDroom werd Fabula
Minder rigoureus is de vervanging van PandaDroom. De in 2002 geopende 3D-film krijgt eind 2019 een nieuwe hoofdfilm: Fabula. De grootste verandering vindt daardoor plaats in het theater van de attractie. Ook in de wachtruimte Wondergrot komt een nieuwe, passende film. De gedeeltes Wandelwoud en Dierenwereld blijven grotendeels intact. Bij PandaDroom maakten de bezoekers samen met de bekende panda van het Wereld Natuur Fonds een reis langs de Noordpool, de koraalriffen in de oceaan en het regenwoud; drie gebieden die bedreigd worden in hun voortbestaan. De driedimensionale film en de speciale effecten zorgden ervoor dat de toeschouwers zich onderdeel van de film voelden.
De nieuwe film Fabula heeft – in tegenstelling tot PandaDroom, die een serieuze boodschap had – vooral een vertelling die een lach op de gezichten van de kijkers kan toveren. In de film worden een knorrige beer en een vrolijke eekhoorn vriendjes van elkaar. PandaDroom werd in 2002 geopend door de beschermheer van het Wereld Natuur Fonds, prins Bernhard.
De Bob
Op 1 september 2019 ging met veel fanfare de Bob definitief dicht. Het afscheid van de snelle tocht in een bobslee door een ijskanaal ging gepaard met vrolijke vlaggetjes, licht treurige maar toch ook enthousiaste fans en het lied ‘Dag mooie Bob’ van Jürgen Freilich, denkbeeldig voorzitter van bobsleevereniging De Steenbok. Hoewel er bij de Bob – ook Bobbaan of Swiss Bob genoemd – geen sneeuw of ijs aan te pas kwam, was het gevoel toch heel authentiek. De zespersoons bobs schoten met zestig kilometer door de levensgrote goot en leken daarbij aan de wanden te kleven.
De bijna twintig meter hoge en 524 meter lange Bobbaan werd geopend op 4 april 1985. De Efteling koos voor het attractieconcept van bouwer Intamin, met losse bobs in de baan, en niet voor het product van Mack Rides, die treinen liet rijden in de open goot. De Bob moest onder meer sluiten omdat het heel moeilijk was reserveonderdelen voor de baan en de karretjes te krijgen doordat er nog slechts twee exemplaren van de Swiss Bob wereldwijd in gebruik zijn. Het Zwitsers getinte station bleef behouden en werd verbouwd voor de opvolger van de Bob, de dubbele elektrisch aangedreven familieachtbaan Max & Moritz. In de ruim 34 jaar van zijn bestaan legden de Efteling-bobslees 6,5 miljoen kilometer af.
De baan en de bobs kwamen bij het oud ijzer terecht, op één bobslee na. Die ging naar Roy Verstegen uit het Brabantse Nuland. De Efteling verkocht het wagentje via Marktplaats. Verstegen kocht het voor bij zijn après-skihut voor 6500 euro. Dat bedrag ging naar Villa Pardoes.
Polka Marina
Op 30 november 2020 maakten de 23 koggen van Polka Marina hun laatste vaartochtje rond de acht meter lange walvis die op zijn waterstraal een piraatje laat balanceren. Koggen zijn kleine goederenschepen die rond het jaar twaalfhonderd voor het eerst op de Nederlandse wateren te zien waren. De baan waarop de Friese scheepjes ronddraaiden was van dezelfde constructie als de baan waarop de treinen van de Python rijden. Ook de fabrikant van beide attracties was gelijk: Vekoma uit het Limburgse Vlodrop. De ronde baan was 56 meter lang en had een doorsnede van achttien meter. Polka Marina in het Ruigrijk van de Efteling opende in 1984, samen met de naastgelegen oldtimerbaan d’Oude Tuffer en Carnaval Festival. Het ontwerp van de draaimolen was van de hand van Ton van de Ven.
Monsieur Cannibale
Op 5 september 2021 werden de laatste gasten van de Efteling draaierig in de kookpotten van Monsieur Cannibale. De attractie opende in 1988, naar een ontwerp van Henny Knoet, ook de bedenker van Pardoes. In veel andere parken werd het concept van Disney gekopieerd: kopjes die draaien rond een grote thee- of koffiepot. Knoet wilde er een eigen draai aan geven: hij kwam met drie varianten, waaronder een Franse gendarme die de draaiende autootjes in goede banen wil leiden en kookpotten op een vuurtje.
De grote kannibaal kwam pas een jaar na opening tussen de twaalf rode, blauwe en gele kookpotten te staan. Hij had een blank koksmaatje op zijn arm, om de toen al ontluikende controverse over de donkere kannibaal in de kiem te smoren. Tegen het vermeende racistische karakter van de kannibaal en de associatie met het koloniale verleden van Nederland werd in de laatste jaren steeds vaker geprotesteerd.
De tekst loopt door onder de video
Aan het eind van de zomervakantie van 2021 was het ‘adieu, monsieur’. De attractie werd echter niet met de grond gelijk gemaakt, zoals het jammerlijke lot van Polka Marina was. Monsieur Cannibale kreeg een nieuwe invulling die past bij de Wereld van Sindbad de Zeeman en zo aansluit bij de tegenover gelegen achtbaan Vogel Rok. De sissende kookpotten werden vervangen door handelsschuitjes. Bezoekers beleven een stormachtige rit als er een wervelwind opsteekt. De vernieuwde attractie heet Sirocco. Wel helemaal weg is de aanstekelijke muziek van de Franse zanger Sacha Distel, die 33 jaar elk ritje in Monsieur Cannibale begeleidde.
Avonturen Doolhof
In april 1995 werden naast het café-restaurant van de Efteling twee nieuwe attracties geopend: het kleurrijke speeltuintje Kleuterhof en het Avonturen Doolhof. Op 5 september 2021 sloot het doolhof, samen met Monsieur Cannibale, de poort. Eén poort, want dat was het kenmerk van het labyrint: de ingang was meteen ook de uitgang, zodat ouders hun kleine kinderen met een gerust hart konden laten dwalen. Op ontdekkingsreis door het doolhof liepen de jonge gasten diverse verrassingen tegen het lijf, zoals een pratend beeld, en een gevangenis waaruit het gemakkelijk ontsnappen was, een caleidoscoop (verhuisd naar speelbos Nest) en een poort die soms wel en soms niet openging. Populairste en meest spannende onderdeel was een brug met springend water. Op de plek waar tot de herfst van 2021 kinderen konden dwalen en verdwalen in het gangenstelsel gemaakt van heggen kwam het speeleiland Archipel.
Het Spookslot
Het Spookslot werd in 1978 geopend ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de Efteling. Het was de eerste grote attractie na het Sprookjesbos en ook de eerste aanwinst die niet door Anton Pieck werd ontworpen, maar door zijn leerling Ton van der Ven. Wie binnenstapte in de spookruïne volgde eerst een brede, donkere gang en moest klapperende deuren, bewegende schedels en angstaanjagende spinnen trotseren. In een ronde ruimte hing een grote kroonluchter aan het topje van een vinger. Daarboven jammerden en klapperwiekten de Draakvogels. Een Oosterse geest vertelde het treurige verhaal van de vierde burggraaf van Capelle van Kaatsheuvel, die door een vloek getroffen was en nimmer nog rust zou vinden. De apotheose was de hoofdshow. Op de klassieke muziek van Danse macabre van componist Camille Saint Saëns werd een spookachtige voorstelling gegeven.
De ruïne was na 44 jaar zowel van binnen als van buiten in zeer slechte staat. Daarom koos de Efteling voor een geheel nieuwe gebiedsinvulling, waarbij het ‘sfeervol griezelen’ behouden blijft. Het Spookslot sloot op 4 september 2022 definitief de zware deuren en werd vervolgens gesloopt. Voordat de sloopkogel zijn werk deed, werden de meest iconische en waardevolle decorstukken er voor het archief uitgehaald. De nieuwe attractie Danse macabre die het Spookslot vervangt gaat in 2024 open.
► Danse macabre: griezelen op z’n Eftelings
► Spookslot dicht: welke herinneringen neemt de directeur mee?
Roeien en kanoën
Ook diverse andere, kleinere of minder gezichtsbepalende attracties verdwenen in de afgelopen zeventig jaar uit de Efteling. Het park had vanaf de jaren vijftig twee grote vijvers waarin bezoekers konden roeien en kanoën. De roei- en kanovijver waren de eerste decennia met elkaar verbonden: roeiboten dreven op het water waaraan nu nog Joris en de Draak en Baron 1898 liggen, de kano’s op de plek waar nu de boten van de Piraña de woeste golven trotseren. Tussen de twee vijvers lag de Wankelburg, een wiebelende loopbrug gemaakt van planken op drijvende tonnen. Van 1983 tot 2011 konden bezoekers roeien op de Vonderplas, de vijver die nu de locatie is van Aquanura. Sinds 2010 niet meer in gebruik – maar niet verwijderd – is het Waterorgel naast de Stoomcarrousel. De Efteling had ook nog een Veulenweide – een kinderboerderij, van 1964 tot 1985 – en radiografisch bestuurbare bootjes op de Vlonderplas en op een kleine vijver die plaats moest maken voor Station de Oost. •
► De geschiedenis van de Efteling
2021 © Tekst: Adri van Esch – Foto’s: Efteling, Nationaal Archief, Adri van Esch – Video: Adri van Esch